Fondshuizen · Private banken · Sector

Febelfin werkt aan strenge kwaliteitsnorm voor duurzame financiële producten

SRI, World

Febelfin, de koepelorganisatie voor financiële instellingen, werkt samen met haar leden aan een lijst van minimale ESG-criteria. Dat bevestigt woordvoerder Isabelle Marchand tegenover Investment Officer. De norm zou verder gaan dan veel duurzaamheidslabels die nu al circuleren. 

Marchand: ‘Er loopt momenteel een stakeholderconsultatie rond een kwaliteitsnorm voor duurzame financiële producten. In de norm zijn een duurzaamheidslabel en een aantal minimale vereisten opgenomen waaraan een product moet voldoen om zich ‘duurzaam’ te kunnen noemen.’

België aan kop

Hiermee lijkt België vaart te willen maken met de verduurzaming van haar economie. Ook Europa liet onlangs middels een actieplan weten een versnelling hoger te willen schakelen op het vlak van duurzaamheid. Als het aan Europa ligt, komt er zelfs een verplichting om duurzaamheid mee te wegen in beleggingsprocessen. 

Volgens Febelfin is er bij financiële spelers een brede behoefte aan standaardisatie van ESG-criteria. ‘De Belgische financiële sector is al sinds 2001 met dit thema bezig maar positioneert dit initiatief ook binnen de recente aanbevelingen van de “High-Level Expert Group” en het “Action Plan on Sustainable Finance” van de Europese Commissie.’

De consultatie van Febelfin loopt tot in mei en de definitieve tekst van de kwaliteitsnorm is voorzien voor juli 2018. Vooralsnog heerst er op Europees niveau enkel consensus over steenkool en tabak. Hoe ver de Belgische duurzaamheidsnorm gaat, moet na de consultatieronde blijken.

Exit tabak

Het gevolg van de toenemende consensus over minimale ESG-criteria is dat verschillende fondsaanbieders van hun klanten steeds vaker de vraag krijgen om nog een stap verder te gaan en zaken als tabak uit te sluiten en een exit-strategie op tafel te leggen. Hiermee hebben banken een belangrijk machtsmiddel in handen om asset managers en bedrijven wereldwijd tot duurzaamheid te dwingen, zegt Guy Janssens, Head of Sustainable and Responsible Investments bij BNP Paribas Fortis.

‘We moeten gezamenlijk een evenwicht vinden tussen meer duurzaamheid en een gezonde economische groei. De inspanningen moeten niet leiden tot stagnering. Van tabak weten we dat het veel meer kost dan het ooit zal opbrengen en ook steenkool wordt inmiddels algemeen gezien als een negatieve sector. Het onderschrijven van minimale ESG-criteria is een mooi begin, uitsluiting gaat nog een stapje verder.’

Volgens Janssens zijn er verschillende partijen die verder willen gaan, maar is het moeilijker om daar consensus over te bereiken. ‘De transitie naar een wereld zonder fossiele brandstoffen, zal geleidelijk gebeuren. Ook de wapen- en gokindustrie zijn onderwerp van discussie, maar hier zal het eerder gaan om het vaststellen van minimale criteria dan over volledige uitsluiting.’

‘#Me too’ zet gendergelijkheid op de kaart

Volgens Janssens speelt er naast duurzaamheid nog een andere belangrijke kwestie: die van gelijkheid tussen mannen en vrouwen. Ook hieromtrent legt Europa de nodige eisen op tafel. Volgens de belegger brengt de ‘#Metoo-beweging’ het onderwerp in een stroomversnelling. 

‘Veel grote asset managers hebben het manifest van de “30% Club” ondertekend, waarmee ze beloven om minstens 30 procent vrouwen in de raad van bestuur op te nemen. Ook hier zie je dat de publieke opinie wel degelijk in staat is invloed uit te oefenen op de financiële sector. Met het initiatief van Febelfin geeft de financiële wereld een krachtig signaal dat we bereid zijn hiernaar te luisteren.’