Kan de scheepvaart het tij keren en de uitstoot van de broeikasgassen verlagen?
Scheepvaartsector bereikt historisch akkoord over vermindering van de uitstoot van broeikassen
De afgelopen jaren zijn vooral in de transportsector flinke stappen in de richting van verduurzaming gezet. De luchtvaartsector maakte de ambitie bekend om in 2050 50% minder broeikas uit te stoten en verschillende landen kondigden aan de verkoop van benzine- en dieselvoertuigen in de toekomst te verbieden.
In april 2018 sloot ook de scheepvaartsector zich aan bij de strijd tegen CO2. Voor het eerst in de geschiedenis sloten de 170 landen van de International Maritime Organization (IMO) een overeenkomst om de uitstoot van broeikasgas in 2050 te halveren. De scheepvaart is nu nog verantwoordelijk voor 2,5% van de wereldwijde door de mens veroorzaakte CO2-uitstoot, en als er niets wordt gedaan zal dit in 2050 naar verwachting zijn opgelopen naar 17%. Het nieuwe akkoord moet ertoe leiden dat de internationale scheepvaart in 2050 nog maar tussen 3,8% en 5,8% van de mondiale CO2-uitstoot veroorzaakt. Dit vereist een grootschalige ontwikkeling en invoering van koolstofarme of -vrije brandstoffen en aandrijftechnologieën.
Efficiencyverbetering heeft niet geleid tot absolute daling van de CO2-uitstoot door schepen
Bron: Olmer, Comber, Roy, Mao & Rutherford, ‘Greenhouse Gas Emissions from Global Shipping, 2013-2015’
Ondanks de verbetering van de operationele efficiency is de CO2-emissie door de scheepvaart de afgelopen jaren in absolute cijfers toegenomen, zoals in bovenstaande grafiek te zien is. Dit komt door de toenemende vraag naar scheepsvervoer en het daarmee verbonden verbruik van fossiele brandstoffen.
Gezien de groeiende mondialisering en het feit dat 80% van het volume en 70% van de waarde van de wereldhandel momenteel per schip en via zeehavens wordt vervoerd, is het moeilijk voorstelbaar dat het vervoer per schip zal afnemen. Aanpassing van de manier van werken in de scheepvaart ligt meer voor de hand.
De technologieën daarvoor zijn al beschikbaar Uit onderzoeken blijkt al dat deze - gecombineerd met slow-steaming - de CO2-uitstoot kunnen halveren. Een van de belangrijkste manieren om de CO2-uitstoot te verlagen, is door koolstofrijke stookolie te vervangen door brandstoffen met minder CO2 zoals vloeibaar aardgas, biobrandstof en biogas, of misschien kernaandrijving.
Daarnaast zijn er nog verschillende andere veelbelovende technologieën. Denk aan hernieuwbare energievormen voor aandrijf- en hulpvermogen zoals zeilen, vliegers, Flettner-rotors, energieopslag en brandstofcellen. Een ander voorbeeld is het gebruik van walstroom, waarbij schepen die in de haven liggen gebruik maken van het elektriciteitsnet aan wal, zodat de hoofd- en hulpmotoren kunnen worden uitgeschakeld en ze op duurzaam opgewekte stroom kunnen draaien.
Alle bovenstaande ontwikkelingen versterken de overtuiging dat koolstofarm transport, en met name de scheepvaart, de toekomst heeft. Hoewel verwacht wordt dat de totale markt verder zal groeien (waarschijnlijk dankzij een krimp van de luchtvaart), bieden de toegepaste technologieën de beste groeikansen. Maar vanwege de complexiteit van de sector en de technologische lock-ins is het zaak in de hele waardeketen te zoeken naar bedrijven die wel zullen varen bij een koolstofarme scheepvaart, niet alleen in de scheepsbouw, maar ook in de toelevering en infrastructuur.
De waarde van beleggingen en de daaruit verkregen inkomsten kunnen zowel dalen als stijgen en het is mogelijk dat beleggers het oorspronkelijk geïnvesteerde bedrag niet terugkrijgen.
Belangrijke informatie